Dossier: Almere zoekt zijn identiteit

In het maartnummer onderzoeken wij hoe Almere er momenteel voor staat. Dat werd tijd, want de jonge stad heeft de vakwereld altijd in vervoering gebracht. Menig ontwerper of planner zou maar wat graag in de schoenen hebben gestaan van Dirk Frieling, Teun Koolhaas, Alle Hosper of een van die andere ontwerpers die namens het gelijknamige Projektburo een compleet nieuwe stad mochten ontwerpen op de maagdelijke klei van het Flevolandse polderland.

En ook later, toen de meerkernige stad zo goed als af was, bleef Almere de vakgemeenschap beroeren met vernieuwende en experimentele uitbreidingsplannen en ontwikkelstrategieën. Dat begon eind jaren negentig met het welstandsvrij bouwen in onder andere de Eilandenbuurt, gevolgd door de ruime mogelijkheden die met name wethouder Adri Duivesteijn schiep voor particulier opdrachtgeverschap. Redacteur Marieke Berkers blikt met hem terug op zijn belangrijkste wapenfeiten. 

Tekst Mark Hendriks / Foto Rubén Dario Kleimeer

 

Rode draad in de geschiedenis van de new town is het verlangen uit te groeien tot een echte stad. Juist dat verlangen blijkt de achilleshiel van Almere te zijn. Het grote publiek ziet de stad als een meganieuwbouwwijk zonder geschiedenis en identiteit, zonder fatsoenlijke stedelijke en culturele voorzieningen. Tegen de stroom in hebben achtereenvolgende stadsbesturen geprobeerd om die vurige wens toch werkelijkheid te maken. Het stadshart werd met grootstedelijke allure vernieuwd door niemand minder dan Rem Koolhaas en jarenlang is gepraat over een fatsoenlijke openbaarvervoerverbinding met het oude land zodat Almere aansluiting zou vinden bij de Amsterdamse metropoolregio. Het besluit van de rijksoverheid om 60.000 woningen in Almere te bouwen werd met beide handen aangegrepen als een stevig fundament voor de o zo gewenste stedelijkheid.

 

Het heeft niet mogen baten. Almere kampt met leegstand en de focus op particulier opdrachtgeverschap – waardoor tijdens de economische crisis de woningbouw in Almere gestaag voortging – heeft het gewenste niveau van stedelijkheid niet dichterbij gebracht. Ook de verwachte bevolkingsgroei, jarenlang de motor achter het proces van een stad in wording, stagneerde de afgelopen jaren. Jan Latten, demograaf  bij het CBS, schreef onlangs in het Financieel Dagblad dat Almere, mede bedacht om de bevolkingsgroei van Amsterdam op te vangen, in 2014 met 900 inwoners was gegroeid, terwijl Amsterdam 11.000 nieuwkomers mocht verwelkomen. Latten kan niet anders concluderen dat de stedelijke ambities van Almere in de ijskast kunnen (het aantal van 60.000 woningen staat naar verluidt ter discussie) – Almere zal hoe dan ook een suburb blijven.

 

En dat is helemaal niet erg, meent onderzoeker en publicist JaapJan Berg in zijn artikel. Hij stelt dat veel van de problemen waarmee Almere kampt terug te voeren zijn op de torenhoge verwachtingen die we met zijn allen van de stad hebben. Denk aan de immer moeizame economische koers, de groeiende leegstand en het gebrek aan voorzieningen en instituten. Berg pleit ervoor dat Almere het verlangen om uit te groeien tot een echte stad achter zich laat. ‘In de erkenning dat Almere ‘stad-af’ is, schuilt een enorme bevrijding.’

 

Almere kan volgens Berg beter teruggrijpen op de essentie van het plan dat Frieling en consorten eind jaren zeventig maakten: een tuinstad van verschillende woonkernen in een landschappelijk raamwerk. Die groene contramal ondermijnt dan niet langer de stedelijkheid, maar vormt zoals bedoeld een ‘ruimtelijke adempauze tussen de verschillende stadsdelen’.

 

Hoe het die oude stadsdelen vergaat onderzoekt journalist Peter Paul Witsen. Hij ontdekte dat de pretentieloze bedrijventerreinen de sleutel zijn voor een gezonde bloedsomloop van de bestaande stad. Fotograaf Rubén Dario Kleimeer ging eveneens op pad, hij toog naar Almere Haven. Zijn fotoserie is dan wel weinig verrassend – de oude bloemkoolwijk ziet er precies uit zoals u hem zal hebben verwacht – maar maakt ook duidelijk dat wat toen bedacht is 40 jaar later prima functioneert. Dit bevestigt het pleidooi van JaapJan Berg: maak van Almere geen stedelijke nachtmerrie, maar voltooi de suburbane droom.

 

 In het maartnummer verder aandacht voor de Internationale Architectuurbiennale Rotterdam, het Grensmaasproject, het werk van Rogier van den Berg voor de VN, Arnhem Centraal en het Ruimte voor de Rivier-project Veur Lent bij Nijmegen. 

Bestel dit nummer.