Woonproject Space-S zoekt nog naar zijn vorm

Foto Rufus de Vries

In Eindhoven is een project voor sociale woningbouw een voorbeeld van een nieuwe benadering waarbij toewijzing is gekoppeld aan betrokkenheid bij de wijk. Een plankritiek door Teun van den Ende.

Woningbouwproject Space-S won in 2017 de Dirk Roosenburgprijs, de architectuurprijs van Eindhoven. De woongebouwen zijn op het eerste gezicht niet bijzonder, maar de buitenruimtes maken dit grotendeels goed. Maar is Space-S daarmee ook meer dan een fijne woonplek?

 

Space-S geeft woningzoekers op de Eindhovense huurmarkt de gelegenheid hun woondroom te realiseren op Strijp-S, momenteel de hipste wijk van de stad. In zeven woonblokken zijn 402 woningen gerealiseerd. Op de begane grond zijn lichte werkruimtes gevuld met een typische mix van Eindhovens (lees: ambachten en design) ondernemerschap. Rondom en tussen de woningen is veel openbare ruimte, wat het gebied benaderbaar en toegankelijk maakt.

Project woonproject met woonwerkunits, gemeenschappelijke functies, binnen- en daktuinen
Locatie Strijp-S, Eindhoven
Ontwerpers Inbo; Urhahn Urban Design
I.s.m. Conversation Next; 12N stedenbouw; Adviesbureau Rutger Büch
Opdrachtgever Stichting Woonbedrijf SWS Hhvl
Oppervlakte 30 ha
Uitvoering Stam en de Koning bouwl; Du Pré (landschap); Aveco de Bondt (adviseur constructie / bouwfysica / akoestiek); Homij Technische installaties (adviseur installaties)
Ontwerp 2013 – 2015
Realisatie 2015 – 2017


Het woningbouwproject onderscheidt zich door zijn proces. Het is niet je inschrijftijd bij Woonbedrijf die de kans op een woning in Space-S bepaalt, maar de mate van betrokkenheid. Hoe actiever je meedoet hoe meer kans je maakt op een woning. Het experiment stelt het systeem van woningtoewijzing door woningcorporaties ter discussie door een systeem te introduceren waarin bewoners elkaar selecteren. Hoe dat werkt? Iedereen die er wil wonen moet zichzelf kandidaat stellen voor een woning. Dat proces startte in 2013, ruim voordat de woningen gebouwd waren. Toen lag er een concept stedenbouwkundig plan van Urhahn, waarover de toekomstige bewoners met de ontwerpers in discussie gingen.

Actieve kern van bewoners
Het participatieve ontwerpproces kreeg vervolgens snel vorm. In vergelijking met voorbeelden uit de jaren tachtig, de periode van de stadsvernieuwing, neemt ontwerpen met bewoners dankzij een combinatie van fysieke en online ontmoeting minder tijd in beslag. Het is voor zo’n groot project onnodig of zelfs onwenselijk om iedereen aan tafel te hebben. Besluiten komen simpelweg tot stand op basis van betrokkenheid. Zo ontstaat als vanzelf een actieve kern van toekomstige bewoners die het ontwerpproces vooruit stuwt. Bijzonder voor Space-S is de website die niet alleen het concept afficheert maar ook bewoners in staat stelt elkaar te ‘matsen’ (meer matspunten betekent meer kans op een woning naar keuze) en updates te delen.

De invloed van de bewoners was niet van de lucht. Door hen veranderde het stedenbouwkundig plan van twee half omsloten, anonieme bouwblokken naar ‘een hoogstedelijk woonmilieu van zeven torens met een grote diversiteit in de openbare ruimte tussen de gebouwen’. Los van de vraag waarom je in eerste instantie anonieme woonblokken zou ontwerpen, is het interessant om in te zoomen op de vermeende diversiteit van die openbare ruimtes.

De ligging van Space-S aan de rand van Strijp-S, tegen het verhoogde viaduct van de Beukenlaan (de ringweg van de Eindhovense binnenstad) is behoorlijk stedelijk. Een uitdaging voor de ontwerpers en de bewoners, die een ‘zacht’ woonmilieu met groen ambieerden. Daarom ontwierpen zij een serie buitenruimtes met verschillen in omvang, sfeer (gesloten of open) en beplanting.

__________

 

Bewoners claimen een terrasje door er een bloembak of tuinstoel te plaatsen

__________

 

De formele entree ligt tegenover het monolithische veemgebouw aan de Torenallee, de ruggengraat van Strijp-S. Het is de meest stedelijke kant van het complex. Achter een hoog hek dat halverwege onderbroken wordt door een wand bekleed met hangplantjes, opent zich de centrale buitenruimte op maaiveldniveau. De andere, meer informele entree aan de Schootsestraat, ligt aan de westelijke grens van Strijp-S.

Rechts- en linksaf bieden stalen trappen vanaf die centrale buitenruimte toegang tot een verhoogd openbaar gebied. Daar kom je als bezoeker heel dicht op de privésfeer van de woningen. Sommige bewoners hebben een terrasje geclaimd in de buitenruimte door er een bloembak of tuinstoel te plaatsen.

Dat er behalve balkons nergens privébuitenruimtes zijn lijkt een bewuste keuze om interactie tussen bewoners te stimuleren. Als je elkaar vaak ontmoet is het immers maar een kleine moeite om samen verantwoordelijkheid te nemen voor het onderhoud en het beheer. Het delen van de verantwoordelijkheid voor beheer van de buitenruimte is een vertaling van de participatiesamenleving naar de woonomgeving. Die werkt alleen als bewoners sociaal zijn en lekker in hun vel zitten. Maar stel dat je door een burn-out de energie niet hebt, dan blijft de sociale druk om jezelf actief op te stellen toch bestaan. En als je dan in je eigen leefruimte even een luchtje wil scheppen, biedt Space-S daarvoor weinig ruimte, want in de collectieve buitenruimtes kijken de buren letterlijk op je neer.

Nogal onpersoonlijk
Ook de vermeende diversiteit in inrichting valt tegen – de buitenruimtes lijken nogal op elkaar, al kunnen de bewoners daar natuurlijk zelf wat aan veranderen. Door het veelvuldig gebruik van betonplaten en gebrek aan speelelementen of kunst, doen de buitenruimtes nogal onpersoonlijk aan. De enige uitzondering daarop is de enorme boom aan de kant van de Schootsestraat die de grasstrook eronder van riante schaduw voorziet. Hier staan dan ook een bankje, een picknicktafel en een buitenkacheltje. Het is veruit de meest uitnodigende plek om even neer te ploffen.

De architectuur zou de aandacht van de eentonigheid van de buitenruimtes af kunnen leiden, als er meer aandacht aan de woning- en winkelentrees was besteed. Bijvoorbeeld in de vorm van bescheiden toevoegingen als luifels of plantenbakken die uit de gevel springen om de overgang van privé naar openbaar te markeren. Helaas zijn dit soort ontwerpvondsten nergens te bekennen, waardoor de diversiteit vooral in de afwisseling in beplanting zit.

De architecten van Inbo lijken zich – in samenspraak met de bewoners – te hebben toegelegd op het creëren van eenheid in verscheidenheid. Zo zijn de gevels bijna allemaal van baksteen, maar wel afwisselend van kleur en voegwerk. Kozijnen en balkonhekken zijn daarentegen zonder uitzondering in een neutrale grijstint uitgevoerd. Vergelijk het eens met de bonte architectuur die in de periode van de stadsvernieuwing met en voor bewoners is ontworpen – dan lijkt het of de ontwerpers en bewoners van Space-S dachten: doe maar gewoon, dat is al gek genoeg.

__________

 

Een woonplek waarin je je thuis voelt creëer je met z’n allen

__________

 

Wat Space-S ongetwijfeld tot een duurzaam complex maakt in termen van gebruik, is de variatie aan woningtypen. De verschillen in typologie, oriëntatie en relatie tot het buitengebied, maken dat er veel te kiezen (en te matsen) is. Loftachtige ruimtes die desgewenst als werkplek dienen, bieden de sfeer die onmiskenbaar hoort bij Strijp-S. De woningen zijn niet voor niets gewild bij starters op de woningmarkt.

Onder de grote boom aan het picknickbankje komt de filosofie achter Space-S tot uitdrukking: een woonplek waarin je je thuis voelt creëer je met z’n allen. Dat de overige buitenruimtes openbaar toegankelijk zijn, is pure winst voor de stad. Maar omdat ze nog weinig smoel hebben, maakt Space-S zijn volle potentie onvoldoende waar. Het is aan de bewoners om die kleur en eigenheid toe te voegen. Meer zichtbare toe-eigening kan Space-S promoveren van een fijne woonplek tot een spannend stuk stad.