'The park' in Las Vegas – voorbij de illusie

Woestijnstad Las Vegas, gokhoofdstad van de wereld, gaat met een nieuwe pleinruimte de illusie voorbij. Met zijn lokale materialen en vegetatie is The Park een eerlijke verwijzing naar het woestijnlandschap. Anne Seghers ging er kijken. (foto Hanns Joosten)

De ochtend nadert zijn einde als de wafelbar aan The Park zijn deuren opent. De rij mensen kan eindelijk naar binnen, de koele geairconditioneerde ruimte in. Toeristen drinken hun coffee-to-go, zittend op het rode meubilair dat her en der verspreid is over deze nieuwe openbare ruimte. In de schaduw van een grote stalen sculptuur leest iemand de krant. Een kind klimt op een natuurstenen rand, springt er vervolgens af en rent naar de watermuur om met het water te spetteren.

De plek waar voorheen de parkeerplaats van hotel-casino New York-New York te vinden was, is nu het domein van de voetganger. Hoewel The Park pas sinds een paar weken open is, straalt het niet de typische nieuwigheid uit die bij net-opgeleverde projecten hoort. Geen miezerige jonge boompjes, maar volgroeide exemplaren die ruime schaduwen werpen. Geen ongemakkelijke aangeharktheid, maar beplantingsvakken met volle woestijnplanten die een nonchalance uitstralen alsof ze er altijd al stonden.

Van autofiel naar autofoob
The Park is een nieuwe vertakking van de Strip, de belangrijkste openbare ruimte van Las Vegas die tal van grote hotel-casino’s aaneenrijgt. Met The Park geeft het bureau !melk – geleid door de Nederlandse landschapsarchitect Jerry van Eyck – vorm aan een ommezwaai van de Strip – van autofiel naar autofoob. In hun klassieker ‘Learning from Las Vegas’ deden Denise Scott Brown en Robert Venturi verslag van hun onderzoek naar de autostad Las Vegas. ‘De onmiddellijke nabijheid van aanverwante activiteiten, zoals in een hoofdstraat waar je van de ene winkel naar de andere loopt, is langs de Strip niet noodzakelijk, aangezien de interactie plaatsvindt via de auto en de snelweg. Je rijdt van het ene casino naar het andere, zelfs als ze naast elkaar liggen, vanwege de afstand ertussen en omdat een tussenliggend benzinestation eigenlijk wel goed van pas komt.’

Inmiddels is dat anders. De Strip is steeds verder verdicht met casino’s en hotels. Mensen rijden niet langer van het ene naar het andere casino, maar lopen en verwachten dat de route ook een attractie is. Voor vastgoedinvesteerder MGM, onder andere eigenaar van de hotelcasino’s NewYork-NewYork en Monte Carlo, is dit het belangrijkste argument om te investeren in openbare ruimte op de Strip. Zij zien potentiële omzet in al deze wandelaars – met 42 miljoen bezoekers per jaar is dat geen vreemde gedachte. The Park is voor hen in de eerste plaats het nieuwe businessmodel van de Strip. Inzetten op kwaliteit speelt hierin een belangrijke rol: tussen de replica’s van het Vrijheidsbeeld en de Eiffeltoren is een fraaie buitenruimte met aandacht voor lokale materialen en vegetatie pas echt een topattractie.

 

Het ontwerp is een ode aan wat Las Vegas in essentie is:
een oase in de Mojavewoestijn


The Park is een langwerpige pleinruimte die zich een weg baant tussen de hotels New York-New York en Monte Carlo, richting een nieuw muziekstadion. Organische patronen in de bestrating voorkomen dat je ergens op de ruimbemeten strook wordt overvallen door een gevoel van leegte. De ontworpen ruimte regisseert de bewegingen en het gebruik van de bezoeker. Trappen, randen en muurtjes slingeren in vloeiende vormen door de openbare ruimte. Ze orkestreren de looproutes en omkaderen de beplantingsvakken. Hier en daar zijn deze inrichtingselementen gecombineerd met boomgroepen of de schaduwsculpturen, waardoor intieme hoekjes ontstaan waar mensen gaan zitten.

Het ontwerp is een ode aan wat Las Vegas in essentie is: een oase in de Mojavewoestijn. De keuze voor de materialen, patronen, kleuren en vegetatie is geïnspireerd op de karakteristieken van deze woestijn. Maar de woestijn is ook een dor, schraal landschap, blootgesteld aan extreme hitte, felle zon en watertekorten. Met het ontwerp voor The Park verzacht !melk deze extreme omstandigheden waar mogelijk. Zoals met grote stalen sculpturen en woestijnbomen die schaduw brengen, watermuren die de temperatuur lokaal met 15 graden verlagen en woestijnvegetatie die periodes van droogte kan doorstaan.

Metakwartsiet uit lokale groeve
Met The Park neemt !melk afscheid van de Vegas-traditie van het creëren van illusies: alles is echt wat het is, geïnspireerd op de oorspronkelijke omgeving. Zo is enkel gebruikgemaakt van vegetatie die van nature in de Mojavewoestijn voorkomt, zoals de woestijnbomen mesquite en palo verde, maar er staan ook salie, yucca en agave. Voor de opstaande randen en trappen is gebruikgemaakt van het natuursteen metakwartsiet afkomstig uit een lokale groeve.

Het is de enige openbare ruimte aan de Strip die daadwerkelijk een bestemming is. De rest is doorgangsruimte: achterkanten die per ongeluk voorkant zijn geworden. Dit succes komt mede doordat !melk heeft bedongen dat ook de plint van New York-New York werd aangepast. Voorheen was dit een blinde gevel met daarvoor een parkeerplaats. Nu zijn er kleine eettentjes met terrasjes te vinden en is het een gebied geworden waar de hotel-casino’s hun gezicht tonen aan de nieuwe doelgroep: de voetganger.

The Park is de eerste fase van een groter masterplan voor de omvorming van de hele Strip tot een voetgangersvriendelijke buitenruimte. Dit masterplan bestaat uit een aaneenschakeling van open ruimtes langs de Strip, die door een coherente inrichting en materialisatie zorgen dat die kan uitgroeien tot een samenhangend publiek domein. Het doel is Amerikaans groots: het transformeren van een anti-voetgangersstad in dé voetgangersstad van de VS.

Commercieel inzicht
Het is voor het eerst dat een partij nadenkt over de Strip als één geheel. Dit is bijzonder, want de ad-hocmanier van plannen, kavel voor kavel, zit van oudsher in het DNA van de Strip. Opdrachtgever MGM is eigenaar van 'slechts' 70 procent van de Strip, dus een totaalaanpak is niet gegarandeerd. Maar hun commerciële inzicht zegt hun dat andere eigenaren uiteindelijk zullen aanhaken naarmate de herinrichting vorm krijgt.

Opvallend is de fasering van het masterplan. Die ligt niet vast maar haakt aan bij het groot onderhoud van de casino’s. De tweede fase staat inmiddels in de startblokken, iets ten noorden van The Park.

The Park is een haast Europese aanvoelende, heel eigen wereld. De extravagante Strip lijkt hier ver weg. Ditzelfde gevoel zal naar alle waarschijnlijkheid niet ontstaan bij de volgende, kleinere fases van het masterplan. Dat kan ook niet: de Strip kent de hoogste concentratie van grootste hotels ter wereld – een hotel met 5000 kamers is geen uitzondering. Het is dan ook een illusie om te denken dat een nieuwe openbare ruimte deze kolossen gaat domineren. Maar wat wel voorstelbaar is, is dat deze nieuwe openbare ruimte een betere balans brengt. En het is zelfs denkbaar dat het nog een stap verder gaat: dat het masterplan een dusdanig krachtige uitstraling heeft, dat het voor de identiteit van deze nieuwe Strip minder uitmaakt welke capriolen de gebouwen uithalen.