‘De duistere Steden’ is een serie strips van tekenaar François Schuiten en scenarist Benoît Peeters over moderne metropolen. De metropolen zijn tegelijkertijd onwerkelijk en reëel – om niet zeggen surreëel. Brüsel is de hoofdstad van deze duistere steden. Tussen Brüsel en de stad Brussel bestaan ‘verwarrende overeenkomsten’, schrijft Peeters.
Tekst Rob van der Bijl
‘De duistere Steden’ is een serie strips van tekenaar François Schuiten en scenarist Benoît Peeters over moderne metropolen. De metropolen zijn tegelijkertijd onwerkelijk en reëel – om niet zeggen surreëel. Brüsel is de hoofdstad van deze duistere steden. Tussen Brüsel en de stad Brussel bestaan ‘verwarrende overeenkomsten’, schrijft Peeters.
De strip ‘Brüsel’ vertelt het verhaal van Constant, uitvinder van onvergankelijke, plastic planten en geïnteresseerd in ‘fantastische uitvindingen die ons voort doen schieten op de weg der vooruitgang’. Het Brüsel van Constant moderniseert zich pijlsnel, maar blijkt allerminst onvergankelijk. Uiteindelijk verlaat Constant zijn in het water wegzakkende stad.
‘Brüsel’ is ook het verhaal van projectontwikkelaar De Vrouw die de bestuurders van de stad om zijn vingers windt en vanuit zijn luchtschip de ontmanteling en megalomane herbouw van de stad regisseert.
De modernisering van Brüsel loopt echter uit op een fiasco. De burgemeester overlijdt, De Vrouw verdwijnt, de ondergrond van Brüsel blijkt een spons; half afgebouwd gaat zinkt de stad naar vergetelheid.
En Brüsel is ook Brussel, of Bruxelles. De stad die al sinds midden vorige eeuw een bouwput is. De stad waar het door de obscure architect Joseph Poelaert ontworpen Paleis van Justitie arrogant boven de volkswijk de Marollen uittorent. De stad die zich ooit spiegelde aan Parijs (doorbraken) en later aan New York (wolkenkrabbers). De stad waar het architectonisch erfgoed van Victor Horta is verkwanseld, waar ‘verbrusseling’ synoniem is voor systematische sloop.
Maar ondanks ruim 200 jaar stedenbouw is Brussel ook de stad die, schrijft Peeters, ‘we ondanks alles liefhebben’. ‘Niettemin gaat uit deze warboel, deze architectonische flaters, deze verstrengeling van misvattingen een heel eigen charme uit.’ Ook nu nog zou Brel over Brüsel kunnen zingen, of over Brussel, over Bruxelles bruxellait.
Bron François Schuiten en Benoît Peeters, Brüsel. De Duisteren steden. Parijs/Brussel, Casterman 1992
Type Duistere steden
Copyright Schuiten en Peeters / Casterman
Het werk van Schuiten en Peeters is uiteraard inspiratie geweest voor onze typeaanduiding ‘Duistere steden’.
Op de website van Rob van der Bijl vind je meer informatie en theoretische achtergronden over zijn project over strip en stedenbouw, en alle oude afleveringen.
Disclaimer
De samenstellers hebben zich tot het uiterste ingespannen om de (auteurs)rechthebbende(n) op de hier getoonde stripfragmenten te achterhalen en op correcte wijze te vermelden. Indien en voor zover (auteurs)rechthebbende(n) onjuistheden of onvolledigheden constateren, dan kunnen zij hierover contact opnemen met Blauwe Kamer waarna voor correctie en/of aanvulling zal worden zorg gedragen.